Met een kritisch oog en een liefde voor kunst gaan onafhankelijke schrijvers in opdracht van Beeldende Kunst Nijmegen de diepte in over dat wat nu te zien is in de stad. Schrijver en programmamaker Jade Kerste bezocht Kunstmagazijn voor de tentoonstelling ‘’t Laatste Rood’.
Door: Jade Kerste
December is voor veel mensen traditioneel de tijd van het jaar om veel binnen te zitten, en de donkere woonkamer gezellig te maken met een kerstboom en sfeerverlichting. De tijd dat er meer visite over de vloer komt, en je je mooie kleren aandoet – ook al zit het eigenlijk minder comfortabel. Voor het zoveel-gangendiner haal je de sjieke borden en kristallen wijnglazen tevoorschijn, het servies waar je zuinig op bent. Het zijn spullen die we associëren met gezelligheid, materialisme dat de feestvreugde verhoogt.
Nog niet eens zo heel lang geleden was het, in de rijkere families, gewoon om een kamer in huis te bewaren voor zon- en feestdagen en voor bezoek. Een pronkkamer, bedoeld om de beste spullen die je had te etaleren: je kwam er alleen in je zondagse kleren. In Nijmegen bestond nog lange tijd zo’n pronkkamer: het atelier van kunstenaar/vormgever Jan Mellema aan de Lange Hezelstraat. Van buitenaf waren serviezen en allerlei andere spullen te zien door drie smalle ramen. De Zondagse Kamer noemde hij het, uit zijn fascinatie voor vooroorlogse vormgeving en de gewoontes van de gegoede burgerij uit die tijd.
Mellema begon, jaren geleden, met het maken van een rood servies. Geïnspireerd door speelgoed gemaakt van oud blik, begon hij ook blikken in stukken te knippen en stukje voor stukje weer in nieuwe vormen aan elkaar te solderen. Zo ontstonden een kop, een bord, een juskom, totdat hij een 39-delig servies bij elkaar had gemaakt, dat hij rood kleurde. In de jaren erna heeft hij talloze andere objecten erbij gemaakt, soms van ander materiaal, maar altijd rood: cactussen, vazen, lampen, grote kannen, en ook objecten die minder makkelijk zijn thuis te brengen.
Voor het eerst is Mellema’s rode servies nu en groupe te zien buiten De Zondagse Kamer, in Kunstmagazijn. De expositieruimte – een white cube met systeemplafond – is nu veranderd in de pronkkamer van Kunstmagazijn, waar objecten in de etalage liggen om gezien te worden, omlijst door een gordijn en theatraal uitgelicht. Het zondagse servies is op verschillende tafels uitgestald, dicht op elkaar, en nog zonder etenswaar. Het staat mooi te zijn.
Ook mooi is het witte servies dat Mellema maakte, opgebouwd uit houten plaatjes. Het contrast in materialiteit tussen het rode en het witte vaatwerk is groot, de witte schalen lijken wel van keramiek in vergelijking met de scherpe hoekjes van het rode blik.
Ik wil het servies aanraken, het materiaal en het gewicht voelen, zoals je een kopje in je hand en tegen je lippen voelt als je een slok neemt. Maar het rode blik is niet sluitend gesoldeerd, wat het onmogelijk maakt om er vocht in te bewaren, en eruit te drinken. Het is een object dat doet alsof het een kopje is, niet te gebruiken, behalve als kunstwerk. En dat maakt het een perfecte aanvulling op de zondagse kamer in je eigen huis: serviesgoed puur als pronkstuk.
’t Laatste Rood is nog te zien t/m 12 februari 2022.
Kunstmagazijn is geopend op woensdag t/m zondag, 12.00-17.00 uur. Tijdens de feestdagen is Kunstmagazijn gesloten op 24, 25 en 31 december, en 1 januari.
Beeldende Kunst Nijmegen en IntoNijmegen
Beeldende Kunst Nijmegen is een platform waarin professionele beeldende kunstorganisaties in de stad verenigd zijn, om gezamenlijk te werken aan een sterke, zichtbare, solidaire en duurzame beeldende kunstsector. In opdracht van BKN schrijven onafhankelijke schrijvers inhoudelijke teksten over een kunstwerk, tentoonstelling, project of kunstinstelling, om het gesprek over beeldende kunst in Nijmegen aan te jagen. Met een kritisch oog en een liefde voor kunst gaan zij de diepte in over dat wat nu te zien is. Dit project is een samenwerking met
IntoNijmegen.